Uitleg:
- Positiespel in twee vakken.
- In beide vakken staan 4 gele spelers en 2 blauwe spelers
- De spelers mogen alleen in hun eigen vak spelen
- 1 speler van de aanvallende partij (in de tekening rood) mag in beide vakken mee spelen.

Hoe maak je punten?
- Aantal keer overspelen
- Bal veroveren & naar elkaar overspelen of uit het vak dribbelen

Leerdoelen:
1 – Bal bezit houden & bij balverlies omschakelen A-V
2 – Storen en bij bal verovering – balbezit houden door uit het vak te dribbelen of over te spelen naar een medespeler

Duur:
- Korte sessies van 2 min & dan de bal af pakkers doordraaien.

Coaching (de rol van de coach)
- Coaching op balbezit en simpel spelen
- Coaching op de omschakeling A-V: doel na balverlies -> verdedigen, mindset trainen
- Coaching op het storen en de twee handelingen na het veroveren van de bal 1) uit dribbelen 2) overspelen